Burgemeesters en raad van Groningen verklaren, dat Dyrc van Oerschoten aan de broederschap van de Kalenden te Groningen een jaarlijkse rente uit een huis in de Heerestraat heeft verkocht en overgedragen.

Wy, borghermestere ende raet van Groninghen, bekennen ende betughen met dezen openen breve, dat
vor ons quam Dyrc van Oerschoten ende becande, dat hie hevet vercoft der broderschap
van der Kalende in Groninghe viif scillinghe rente, paymentes als in Groninghe ganc ende gave is, to nemen elkes jaers, als een stadrecht is,
uet zinen hues ende uet der hofstede, daer dat vors. hues uppe staet, daer hie nu ter tiit inne wonet, vor ene summe gheldes, de Dyrke vors. vol
ende al betaelt is. Ende deze viif schillinghe rente vors. droech Dyrc vors. up den vors. Kalentebroders vrij ende quiit eweliken to bruken ende
to besitten. Dit vors. hues ende hofstede ziin gheleghen in de westerzide van Herstrate by Ecberd Ketelhodes steenhues, dat an de norderzide
leghet. Dat orkunde wy met onser stad seghele. Ghegheven int jaer ons Heren dusend drehondert ses ende neghentich des anders daghes na sente
Remigiusdach, do Frederich van Arlo, Zweder van Winde, Reynolt Hughinc ende Alef Schelleghe borghermestere waren onser stad .

x

x

Fonds	Oorkondenboek Groningen en Drenthe
Nr	936
Olim	Naar het origineel in het rijksarchief te Groningen (Reg. 1396, no. 7), hoog 10,5, breed 23 cm. Ook gedrukt bij Driessen, blz. 777.
Jaar	1396
Datumcode	cRemigi

x

x

x

Commentaar	Aan het stuk hangt, zeer beschadigd, het gewone zegel van de stad Groningen.

x

Materiaal	papier

x

Edities	P.J. Blok e.a., Oorkondenboek van Groningen en Drente, II (Groningen 1899), nr. 936.