Jacob, pastoor te Ootmarsum, Ludelof, priester van de St. Maartenskerk te Groningen en enige anderen verklaren zich borg te stellen voor Steven van Manher, kanunnik van St. Marie te Utrecht.

Wy, Jacob, cureyt tot Oetmersem, Ludelof, een halfcureyt tsente Mertiin tot
Groninghen, Detmarus, een canonic tot Zutphaen, Johan Scilder, borgher tot Oldenzale, doen
kont ende bekennen allen luden, dat wi ghelovet hebben ende loven in guden trouwen,
dat wi heren Steven van Manher, canonic tsente Marien tUtrecht, also guet hebben
zollen, dat he alle de punte, de hierna bescreven staen, vast, stede en onghebroken houden en daer niet teghen comen sal. In den eersten ... In
orconde des breefs ende waerheit, so hebbe wi, Jacob, Ludelof, Detmaer onse seghele an desen breef ghehanghen. Ende ich, Johan vors., selven
gheen seghel en hebbe, zo hebbe ich ghebeden heren Ghiselberte Hamelberghe desen breef over mi te beseghelene. Ende ich, Ghiselbrecht vors., om
bede willen Johans vors., zo hebbe ich minen seghel mede an desen breef ghehanghen. Ghegheven int jaer ons Heren dusent drehundert vier ende
tachentich op tsente Ceciliendach der hiligher juncfrouwen.

x

x

Bestand	Oorkondenboek Groningen en Drenthe
Nr	1242
Olim	Naar het origineel in het algemeen rijksarchief te 's Gravenhage (archief Oversticht), hoog 32,2, breed 4o cm.
Jahr	1384
Datumcode	Cecili

x

x

Kommentar	De zegels van Jacob, Ludelof en Ghiselbrecht zijn vrij goed bewaard, het zegel van Detmar is afgevallen. Zegel 2 (van Ludelof), rond, vertoont een bisschop met opgeheven rechterhand, in de linkerhand de kromstaf; randschrift : S. LVDOLFI CVRAT' IN GRONINGHEN.

x

Material	papier

x

Editionen	P.J. Blok e.a., Oorkondenboek van Groningen en Drente, II (Groningen 1899), nr. 1242.