Wijze van ontsluiting

Inleiding

Cartago is een dynamisch systeem en dat maakt de wijze van ontsluiting heel anders dan in gedrukte uitgaven. Niet alle oorkonden zijn volledig ontsloten. Cartago biedt bijvoorbeeld de mogelijkheid om de dikte van het perkament van een oorkonde op te nemen en te tonen, maar van de meeste oorkonden zijn die gegevens niet beschikbaar. Wel wordt gestreefd om de basisinformatie, zoals datum en vindplaats, zoveel mogelijk beschikbaar te stellen. Hieronder volgt een beschrijving van de mogelijke informatievelden, in de volgorde waarin ze in het presentatiescherm getoond worden.

Beschrijving van de velden

Hoofdscherm

  • Nummer
    Elke oorkonde heeft binnen Cartago een uniek oorkondenummer. Dit oorkondenummer is samengesteld uit een sigle (drie letters die het archieffonds aangeven) gevolgd door een aantal cijfers. Deze cijfers zijn afgeleid van het regestnummer of (indien dat ontbreekt) van het inventarisnummer. Als verschillende oorkonden hetzelfde regest- of inventarisnummer delen, wordt hier nog een letter of ander teken aan toegevoegd om de oorkonden te kunnen onderscheiden. Dit is het geval als het afschriften van dezelfde oorkonde betreft of verschillende oorkonden in één inventarisnummer. Als een oorkondenummer bekend is, kunt u via het zoekscherm Eenvoudig zoeken de betreffende oorkonde vinden.
  • Datum
    In dit veld wordt de datum van de oorkonde in de huidige notatie gegeven. Dit hoeft niet overeen te komen met de datering zoals die in de oorkonde staat, omdat de dagaanduiding in de Middeleeuwen meestal afweek van de huidige. Het is niet mogelijk te zoeken op een oorkonde naar de huidige datering. Wel kunt u zoeken op jaar of op datumcode (een codering van de datum zoals die in de oorkonde voorkomt).
  • Overlevering
    In het veld 'overlevering' wordt aangegeven hoe de tekst bewaard is gebleven: in origineel, in afschrift of opgenomen in een andere oorkonde. Dit laatste wordt vidimus (uit het Latijn 'wij hebben gezien') of transumpt (uittreksel) genoemd.
  • Vindplaats
    De huidige vindplaats van de oorkonde wordt hier aangegeven met de aanduiding van het archieffonds, gevolgd door het inventarisnummer en, indien aanwezig, het regestnummer. Meer informatie over de vindplaats vindt u onder de knop Bron.
  • Regest
    Een regest is een korte samenvatting van de inhoud van de oorkonde, meestal in een vaste volgorde in één lange zin geformuleerd. De regesten in Cartago zijn meest gebaseerd op de regesten zoals die in de bestaande inventarissen gegeven worden.
(drie letters die het aangeven) gevolgd door een aantal cijfers. Deze cijfers zijn afgeleid van het of (indien dat ontbreekt) van het . Als verschillende oorkonden hetzelfde regest- of inventarisnummer delen, wordt hier nog een letter of ander teken aan toegevoegd om de oorkonden te kunnen onderscheiden. Dit is het geval als het afschriften van dezelfde oorkonde betreft of verschillende oorkonden in één inventarisnummer. Als een oorkondenummer bekend is, kunt u via het zoekscherm de betreffende oorkonde vinden.

Bron

In het informatiescherm 'bron' krijgt u informatie over de vindplaats van de oorkonde.

  • Archief
    In dit veld wordt de archiefbewaarplaats aangegeven waar de oorkonde zich bevindt. Op dit moment zijn alleen oorkonden opgenomen die zich bevinden in de Groninger Archieven (G.A.) te Groningen en in het Drents Archief (D.A.) te Assen.
  • Fonds
    Het archieffonds is het geheel van bescheiden afkomstig van een persoon, familie of instelling. Met behulp van de aanduiding van een archieffonds en het inventarisnummer kunt u in de archiefbewaarplaats een stuk aanvragen. Originele oorkonden op perkament worden vanwege de kwetsbaarheid overigens zelden ter inzage gegeven. Wel zijn in de archiefbewaarplaatsen reproducties in te zien.
  • Sigle
    Een sigle is een drieletterige aanduiding van het archieffonds. Op dit moment zijn oorkonden van de Kloosterarchieven (sigle: KLA) en het Archief van de abdij Assen (sigle: ASS) opgenomen. Deze aanduidingen worden gebruikt als eerste drie tekens van de oorkondenummers.
  • Inventarisnummer
    Het inventarisnummer geeft een archiefbestanddeel binnen een archieffonds aan en verwijst naar de berging in het depot van een archiefbewaarplaats. Het inventarisnummer is nodig om een stuk in een archiefbewaarplaats in te zien.
  • Regestnummer
    Regesten zijn samenvattingen van akten. De inventarissen van een archieffonds bevatten soms een chronologische, genummerde lijst van de oudste akten. Die maakt het vinden van een bepaald stuk makkelijker. Het is een zogenaamde logische toegang, die niet zozeer verwijst naar het stuk alswel naar de inhoud. Dat wil zeggen dat één regest betrekking kan hebben op verschillende inventarisnummers (omdat een afschrift bijvoorbeeld ook elders in dat fonds beschikbaar is) en dat een inventarisnummer stukken met verschillende regestnummers kan bevatten.
  • Folio- of paginanummer
    Van oorkonden die in afschrift zijn opgenomen in een handschrift (handgeschreven boek), wordt, indien aanwezig, een bladnummer (folio) of paginanummer aangegeven. Een folionummer wordt voorzien van de aanduiding 'r' (recto- of voorzijde) of 'v' (verso- of achterzijde) achter het nummer van het blad.
  • Nummer
    Sommige inventarisnummers bevatten stukken die aangeduid worden met een (sub)nummer. Deze nummering wordt in het veld 'nummer' aangegeven.
  • Volgnummer
    Een enkele keer komt het bij inventarisnummers voor dat binnen een ummering nog een cijferaanduiding gehanteerd wordt. Deze wordt in het veld 'volgnummer' aangegeven.
  • Olim
    Het veld 'olim' (Latijn voor 'ooit') geeft oude, inmiddels vervallen archiefaanduidingen. Hiernaar wordt in oudere literatuur nog wel eens verwezen.
  • Jaar
    In dit veld is het jaar opgenomen waarin de betreffende oorkonde oorspronkelijk is opgemaakt. Als een oorkonde niet gedateerd is, wordt in dit veld een schatting van het jaar gegeven.
  • Deviatie
    De deviatie geeft de mogelijke afwijking van de datering van een oorkonde ten opzichte van het aangegeven, geschatte jaar aan. Een oorkonde uit de periode 1543-1549 heeft dus als jaar '1546' en als deviatie '3'.
  • Datumcode
    De datumcode is een codering van de dagtekening zoals die in de oorkonde wordt aangegeven. In de Middeleeuwen dateerde men doorgaans met behulp van feest- en heiligendagen. Als u de vindplaats van een oorkonde niet kent, maar wel de datering, dan kunt u deze met behulp van de datumcode terugvinden. Een oorkonde die op de moderne wijze gedateerd is, heeft een datumcode van twee cijfers voor de dag, gevolgd door twee cijfers om de maand aan te duiden. Bijvoorbeeld: 1602 betekent 16 februari.
  • Datering
    In dit veld kan de dateringstekst van een oorkonde letterlijk aangehaald worden, zonder de jaaraanduiding.

Recto

In het informatiescherm 'recto' krijgt u informatie over de rectozijde (voorzijde) van de oorkonde.

  • Schrift
    In dit veld wordt informatie gegeven over het schrift waarin de oorkonde opgesteld is, bijvoorbeeld de datering van het schrift en de naam van de schrijver.
  • Taal
    In dit veld wordt getoond in welke taal de oorkonde opgesteld is.
  • Aantekeningen
    In dit veld worden (latere) aantekeningen op de oorkonde getoond die geen deel uitmaken van de eigenlijke akte.
  • Afbeelding
    Indien van een oorkonde afbeeldingen in Cartago zijn opgenomen, kunt u op dit veld klikken om deze zichtbaar te maken. Afbeeldingen worden in de onderste helft van het scherm getoond.
  • Negatief
    Indien een foto van een oorkonde of zegel in de archiefbewaarplaats beschikbaar is, wordt in dit veld het nummer getoond van het negatief, waaronder deze bij de betreffende fotodienst bekend is. Dit nummer kan gebruikt worden om een foto na te bestellen.
  • Commentaar
    In dit veld wordt informatie getoond die niet in andere velden ondergebracht kon worden.

Dorso

In het informatiescherm 'dorso' krijgt u informatie over de dorsozijde (achterzijde) van de oorkonde.

  1. Aantekeningen
    In dit veld worden (latere) aantekeningen op de oorkonde getoond die geen deel uitmaken van de eigenlijke oorkonde.
  2. Afbeelding
    Indien van een oorkonde afbeeldingen in Cartago is opgenomen, kunt u op dit veld klikken om deze zichtbaar te maken. Afbeeldingen worden in de onderste helft van het scherm getoond.
  3. Negatief
    Indien een foto van een oorkonde in de archiefbewaarplaats beschikbaar is, wordt in dit veld het nummer getoond van het negatief, waaronder deze bij de betreffende fotodienst bekend is. Dit nummer kan gebruikt worden om een foto na te bestellen.
  4. Commentaar
    In dit veld wordt informatie getoond die niet in andere velden ondergebracht kon worden.

Vertaling

In het informatiescherm 'vertaling' krijgt u, indien beschikbaar, een vertaling van de oorkonde. Lang niet alle (Latijnse) oorkonden worden vertaald.

Relatie

In het informatiescherm 'relatie' krijgt u informatie over relaties met andere oorkonden. Als de getoonde oorkonde een afschrift van een ander is of als elders een afschrift beschikbaar is, wordt dit aangegeven. Als in de oorkonde de tekst van een andere wordt aangehaald (als vidimus of transumpt) of als de oorkonde zelf in een andere is opgenomen, wordt dit eveneens vermeld. Door te klikken op het betreffende oorkondenummer wordt deze getoond.

Zegels

In het informatiescherm 'zegels' krijgt u informatie over de bekrachtingsmiddelen (authenticatie) van de oorkonde. In veel gevallen zijn dat waszegels, maar ook notarismerken of handtekeningen kunnen dienen als bekrachtiging.
  1. Volgnummer
    De zegels worden genummerd in de volgorde waarin zij aan de oorkonde bevestigd zijn of waren. Dit volgnummer wordt in dit veld weergegeven. Ook voor andere authenticatiemiddelen (bijv. handtekeningen) wordt dit veld gebruikt.
  2. Zegelaar
    In dit veld worden de naam, functie en/of instelling van de persoon die een zegel (of ander authenticatiemiddel) aan de oorkonde toevoegde, weergegeven. Het is niet altijd duidelijk of het gebruikte zegel een persoonlijk zegel, een ambtszegel of een zegel van de betreffende instelling is. Daarom worden al deze velden hier opgenomen.
  3. Toestand
    In dit veld wordt aangegeven in welke staat een zegel zich bevindt (gaaf, licht beschadigd enz.).
  4. Materiaal
    In dit veld wordt aangegeven van welk materiaal een zegel (was, lood, lak enz.) of akte (perkament of papier) vervaardigd is.
  5. Kleur
    In dit veld wordt de kleur van een waszegel aangegeven. De was werd doorgaans met een groene, bruine, gele of rode kleurstof gemengd.
  6. Zegelvorm
    In dit veld wordt de vorm van een zegel aangegeven (rond, spitsovaal enz.).
  7. Afmeting
    In dit veld wordt de afmeting van een zegel, zegelstempel of oorkonde aangegeven.
  8. Bevestiging
    In dit veld wordt de wijze van bevestiging van het zegel aangegeven.
  9. Zegelstaart
    In dit veld wordt informatie over de zegelstaart (de strook perkament waaraan het zegel is bevestigd) gegeven, zoals de breedte of de tekst die erop te lezen is. Soms werden voor zegelstaarten namelijk beschreven strookjes perkament hergebruikt.
  10. Voorzijde
    Onder deze kop wordt informatie met betrekking tot de voorzijde van het zegel getoond.
  11. Contrazegel
    Onder deze kop wordt informatie met betrekking tot het contrazegel (de achterzijde van het zegel) getoond.
  12. Type
    In dit veld wordt het zegeltype aangeduid, zowel wat betreft de voorstelling (ruiterzegel, troonzegel) als wat betreft de status (groot zegel, secreetzegel).
  13. Randschrift
    In dit veld wordt het randschrift weergegeven dat op een zegel leesbaar is.
  14. Vorm
    In dit veld wordt de vorm van een zegelstempel aangegeven (rond, spitsovaal enz.).
  15. Voorstelling
    In dit veld wordt de voorstelling op een zegel beschreven.
  16. Afmeting
    In dit veld wordt de afmeting van een zegelstempel aangegeven.
  17. Afbeelding
    Indien van een zegel afbeeldingen in Cartago zijn opgenomen, kunt u op dit veld klikken om deze zichtbaar te maken. Afbeeldingen worden in de onderste helft van het scherm getoond.
  18. Negatief
    Indien een foto van een oorkonde of zegel in de archiefbewaarplaats beschikbaar is, wordt in dit veld het nummer getoond van het negatief, waaronder deze bij de betreffende fotodienst bekend is. Dit nummer kan gebruikt worden om een foto na te bestellen.

Materiaal

In het informatiescherm 'materiaal' krijgt u informatie over het materiaal waarvan de oorkonde is vervaardigd. Meestal is dat perkament, maar ook op papier werden oorkonden vervaardigd. Afschriften zijn bijna altijd op papier geschreven.
  1. Materiaal
    In dit veld wordt aangegeven van welk materiaal een akte (perkament of papier) vervaardigd is.
  2. Afmeting
    In dit veld wordt de afmeting van een oorkonde aangegeven.
  3. Plica
    In dit veld worden teksten op de plica (de omgevouwen onderkant) van een oorkonde aangegeven. Ook kan hier de hoogte van de plica worden vermeld.
  4. Dikte
    In dit veld wordt de dikte van het perkament aangegeven.
  5. Watermerk
    Indien het watermerk van het papier van een akte is geïdentificeerd, is in dit veld een verwijzing daarnaar opgenomen.
  6. Toestand
    In dit veld wordt de toestand van de oorkonde aangegeven (gaaf, zwaar beschadigd enz.).
  7. Commentaar
    In dit veld wordt informatie getoond die niet in andere velden ondergebracht kon worden.

Literatuur

In het informatiescherm 'index' krijgt u informatie over eerdere edities van de oorkonde. Ook kan hier naar relevante literatuur over de oorkonde verwezen worden.

Edities
In dit veld worden eerdere edities van de oorkonde aangegeven. De afkorting OGD staat voor het Oorkondeboek van Groningen en Drente, P.J. Blok e.a. ed. (Groningen 1896-1899), waarin alle oorkonden tot 1405 zijn opgenomen.

Publicaties
In dit veld wordt verwezen naar relevante publicaties over of naar aanleiding van de oorkonde.

Index

In het informatiescherm 'index' krijgt u informatie over de personen, toponiemen en trefwoorden die aan de oorkonde zijn toegekend.

  1. Persoon
    Van de in de index opgenomen personen wordt achtereenvolgens getoond: de gestandaardiseerde naam, bijzonderheden in de oorkonde en de letterlijke aanhaling in de tekst.
  2. Naam
    De namen in de index zijn sterk gestandaardiseerd op grond van de uitwisselbaarheid van de namen. Een persoon met de naam 'Hendrick' zal in een andere tekst bij voorbeeld ook als 'Hindrick' of 'Heynndric' kunnen worden aangeduid. Dergelijke varianten worden daarom zoveel mogelijk onder een standaardspelling opgenomen. In het veld 'naam' is deze standaardspelling toegepast.
  3. N.B.
    In dit veld worden bijzonderheden uit de oorkonde gegeven die kunnen helpen een persoon te identificeren. Zo wordt bijvoorbeeld informatie gegeven over de woonplaats, functies en familierelaties.
  4. Letterlijk
    In dit veld wordt de letterlijke vermelding van een persoon in de akte gegeven.
  5. Toponiem
    In dit veld worden de in de index toegekende toponiemen (plaatsnamen, waternamen enz.) aangegeven, zoveel mogelijk in de huidige spelling.
  6. Aard
    Met aard of type wordt aangegeven of een toponiem een dorp, water, perceel enz. betreft.
  7. Regio
    De regioindeling die in Cartago gehanteerd wordt, is die van de late Middeleeuwen. Voor de provincie Groningen betreft dat landen en ambachten en voor Drenthe wordt de indeling in dingspelen toegepast. De kaart in het zoekscherm Eenvoudig zoeken op Regio geeft een beeld van deze indeling.
  8. Trefwoord
    Aan de oorkonden wordt een groot aantal trefwoorden toegekend. Op dit moment zijn deze doorzoekbaar in een alfabetische lijst.
  9. Attribuut
    Een aantal trefwoorden is voorzien van een attribuut, meestal een toponiem. Bij het trefwoord Schulte bijvoorbeeld hoort als attribuut Rolde of Groningen.

N.B.

In het informatiescherm N.B. krijgt u informatie over nadere bijzonderheden over de oorkonde die niet in andere velden opgenomen konden worden.

Transcriptie

De transcriptie (vaak ten onrechte 'vertaling' genoemd) geeft de tekst van een oorkonde in moderne, leesbare drukletters. Voor het transcriberen (afschrijven) van een oorkonde bestaan verschillende conventies. Ten behoeve van Cartago zijn transcriptierichtlijnen vastgesteld en is tevens een Transcriptiehandleiding beschikbaar. De transcripties die nu zijn opgenomen, zijn hoofdzakelijk ontleend aan reeds bestaande transcripties en bronnenuitgaven, waardoor er nog de nodige afwijkingen in conventies en afschrijffouten zullen zijn. Te zijner tijd worden deze geüniformeerd, zodat het zoeken op vrije tekst betere resultaten oplevert. Uitgangspunt bij de weergave in moderne letters is de leesbaarheid. De gebruiker heeft altijd de mogelijkheid om de transcriptie te toetsen aan de afbeelding van het origineel die onder de transcriptie getoond wordt. Van afschriften of vidimussen van oorkonden die in origineel overgeleverd zijn, wordt geen transcriptie opgenomen, omdat men altijd beter die van het origineel kan raadplegen.

Afbeelding

Alle oorkonden, zowel originelen als (late) afschriften, worden getoond met een resolutie van 150 dpi. Met behulp van de knoppen onder de afbeelding kan men deze vergroten, verkleinen en terugbrengen tot de oorspronkelijke grootte. Door op met de muis op de afbeelding te klikken en de linkermuistoets ingedrukt te houden kan de afbeelding verplaatst worden om een ander gedeelte te tonen.