Nederlands (NL)  German (DE)
Nummer:ogd0780 Datum:10 febr. 1388 Overlevering:Editie Vindplaats:Oorkondenboek Groningen en Drenthe, nr. 780

Burgemeesters en raad van Groningen verklaren, dat Beyne de vleeshouwer en zijn vrouw aan de bagijn Hebele Rutinghes een jaarlijkse rente hebben verkocht uit een huis in de Brugstraat.

Bron Recto Dorso Vertaling Relatie Zegels Materiaal Literatuur Index N.B.
Wy, borghermestere ende raet van Groninghen, doen kundich allen luden myt dezen openen breve, dat
voer ons quam Beyne, de vleyshouwer, ende Abele, ziin wiif, ende becanden, dat sie hebben vercoft Hebelen
Rutinghes, der baghynen, vyer schilde rente, tyen scillinghe vor elken schilt gherekent, paymentes als in Groninghe ganc ende gave is, to nemen
elkes jaers, als een stadrecht is, ute horen steenhues, daer sie nu ter tiid inne wonen, vor ene summe van ghelde, de Beynen ende Abelen vors.
vol ende al betaelt is. Ende dese vors. vyer schilde rente droghen Beyne ende Abele vors. up Hebelen vors. ende horen erfghenamen vrij ende
quiit mit allen rechte ende eghendome to bruken ende to besitten. Hiir is toghesproken, dat Beyne ende Abele vors. of hore erfnamen mogen dese
vyer schilden rente vors. quiit kopen, waneer dat se willen met tachtich schilden, paymentes als vors. is. Dit vors. steenhues is gheleghen in
der zuetzide van der Brugghestrate by Woneke mester Eltes hues, dat an de westerzide leghet. Dat oerkunde wy myt onzer stad zeghele. Ghegheven
int jaer ons Heren duzent drehondert achte ende tachtich up sente Scholastikendach, do Wicbolt Everdes zone, Berent Hornekinc, Johan Tede ende
Barwolt Calmer borghermestere waren onzer stad .
Recto:
x
x
Fonds Oorkondenboek Groningen en Drenthe
Nr 780
Olim Naar het origineel in het rijksarchief te Groningen (Reg. 1388, no. 4), hoog 10, breed 24,5 cm. Ook gedrukt bij Driessen, blz. 724.
Jaar 1388
Datumcode Schola
x
x
Editie naar par018.
x
Commentaar Aan het stuk hangt het gewone zegel van de stad Groningen met contrazegel.
x
Materiaal papier
x
Edities P.J. Blok e.a., Oorkondenboek van Groningen en Drente, II (Groningen 1899), nr. 780.