Burgemeesters en raad van Groningen geven een vidimus van de oorkonde van 13 december 1329, ogd0321.

Wy, borghermestere ende raet van Groninghen, bekennen ende betughen met dezen openen breve, dat wy
hebben ghezien enen breef, gans ende ghave, sunder quetsinghe ende gate, beseghelt met onser stad seghele ,
sprekende van woerde to woerde, als hiirna gescreven staet: . . . Volgt nr. 321 . . . In orkunde so hebbe wy onser stad seghel an dezen breef
ghehanghen. Ghegheven int jaer uns Heren dusent drehondert vyer ende neghentich up sente Scholastiken dach, do Wicbolt Everdes, Everd Sickinc,
Johan van den Berghe ende Jacob Schelghe borghermestere waren onser stad.

x

x

Fonds	Oorkondenboek Groningen en Drenthe
Nr	864
Olim	Naar het origineel in het rijksarchief te Groningen (Reg. 1329, no. 1), hoog 13, breed 23,5 cm. Ook gedrukt bij Driessen, blz. 628.
Jaar	1394
Datumcode	Schola

x

x

x

Commentaar	Aan het stuk hangt het gebroken zegel van de stad Groningen met contrazegel.

x

Materiaal	papier

x

Edities	P.J. Blok e.a., Oorkondenboek van Groningen en Drente, II (Groningen 1899), nr. 864.